Risicoprofiel
In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van het risicoprofiel van de gemeente Delft. Bij de inventarisatie van de risico's hanteren we de volgende definitie: een onvoorziene gebeurtenis met wellicht een negatieve materiële financiële impact waarvoor nog geen maatregelen getroffen zijn. De risico's met een (in de planperiode) verwachte omvang groter dan € 0,1 miljoen zijn zichtbaar gemaakt. Verder hebben we onderscheid gemaakt tussen incidentele en structurele risico's. Na de tabel en grafiek is per risico een specificatie opgenomen met een inhoudelijke toelichting.
Voor de berekening van de benodigde weerstandscapaciteit wordt de omvang van de risico's gewogen met de kans van optreden, aangeduid in het kolomhoofd met 'zonder weging' en 'met weging', respectievelijk. De weging betekent:
- dat we voorheen ongewogen risico's nu wegen met de kans, waarbij de waarde 1 = 10%, 2 = 30%, 3 = 50%, 4 = 70% en 5 = 90% (= kolom Kans (%)), en
- dat we structurele risico's vermenigvuldigen met een factor twee (= kolom Factor).
We maken in het risicoprofiel voor grondexploitaties reeds gebruik van gewogen bruto risico’s. Dat is het geval bij de risico’s '4. Bouwgrondexploitaties', '5. Nieuw Delft.' en '6. Schieoevers'. Nadere informatie over grondexploitaties staat in de paragraaf Grondbeleid en in het T-MPG (Tussentijds Meerjarenprogramma Grondontwikkeling).
In totaal komt het operationeel risicoprofiel uit op € 37,1 miljoen. De tabel hieronder toont het overzicht van de mutaties per risico en die worden na de figuur tekstueel toegelicht per genummerd risico.
Risico's | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Bedragen x € 1.000 | Nr. | I/S | Begroting 2022 | Jaarrekening 2021 | Begroting 2023 zonder weging | Kans | Kans (%) | Factor | Begroting 2023 met weging | |
Duurzame stad | ||||||||||
Bodemsanering TU Delft Campus Zuid | 1 | I | 210 | 210 | 300 | 4 | 70% | 1 | 210 | |
Grondwateronttrekking schade | 2a | I | 1.500 | 1.500 | 3.000 | 3 | 50% | 1 | 1.500 | |
Grondwateronttrekking uitstel | 2b | I | 300 | 300 | 1.000 | 2 | 30% | 1 | 300 | |
Goed wonen | ||||||||||
ISV-bodem | 3 | S | 200 | 200 | 200 | 3 | 50% | 2 | 200 | |
Bouwgrondexploitaties | 4 | I | 1.502 | 900 | 1.180 | (reeds gewogen) | 1.180 | |||
Nieuw Delft | 5 | I | 5.500 | 2.900 | 3.110 | (reeds gewogen) | 3.110 | |||
Schone en veilige stad | ||||||||||
Schieoevers | 6 | I | 14.400 | 14.400 | 15.000 | (reeds gewogen) | 15.000 | |||
Avalex | 7 | S | 250 | 250 | 250 | 3 | 50% | 2 | 250 | |
Gezonde en sociale stad | ||||||||||
WMO en Jeugdhulp | 8 | S | 3.500 | 1.000 | 2.000 | 3 | 50% | 2 | 2.000 | |
Rijksmiddelen Jeugdhulp | S | |||||||||
Groeikosten Jeugdhulp | S | 3.500 | 3.500 | |||||||
Groeikosten WMO | S | 3.815 | 3.815 | |||||||
Prinsenhof project | 9 | I | 5.000 | 3 | 50% | 1 | 2.500 | |||
Samenleven, onderwijs en cultuur | ||||||||||
Verruiming BTW sportvrijstelling | 10 | S | 400 | 400 | 400 | 3 | 50% | 2 | 400 | |
Prijsstijgingen investeringen OHV | 11 | S | 7.000 | 9.800 | 8.300 | 4 | 70% | 1 | 5.810 | |
Werk en inkomen | ||||||||||
Eigen risico BUIG | 12 | S | 2.580 | 3.900 | 3.700 | 3 | 50% | 2 | 3.700 | |
Bijzondere bijstand | 13 | S/(I) | 600 | 4 | 70% | 2 | 840 | |||
Overig | ||||||||||
Coronacrisis | I/S | 2.475 | 563 | |||||||
VPB | 14 | S | 100 | 100 | 100 | 3 | 50% | 2 | 100 | |
Totaal | 47.232 | 43.738 | 44.140 | 37.100 | ||||||
Waarvan incidenteel | 25.887 | 20.773 | 23.790 | 23.800 | ||||||
Waarvan structureel | 21.345 | 22.965 | 20.350 | 13.300 |
Ieder risico is gescoord op kans en impact. Daarbij is gewerkt met een schaal van 1 tot 5 (1: zeer laag, 5: zeer hoog). De kans maal impact geeft de risicoscore. Samengevat ziet de risicomatrix van de gemeente Delft er dan als volgt uit.

Voor de risico's met betrekking tot het sociaal domein, Nieuw Delft, Schieoevers en uit hoofde van de coronacrisis; zie ook de zogeheten Strategische risico's en Kerndossiers verderop in deze paragraaf.
1. Bodemsanering TU Delft Campus Zuid
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Bodemsanering TU Delft Campus Zuid | Duurzame stad | 4 | 3 | 12 | 300 | I |
Wat is het risico?
De bodem is vervuild en de verantwoordelijkheid voor sanering ligt bij de gemeente. Met moderne saneringstechnieken schatten we de kosten nu op ongeveer € 300.000.
Wat zijn de oorzaken?
Op Campus Zuid was eerder een autocrossterrein gevestigd waarvoor de gemeente verantwoordelijk was. Na beëindiging bleek de bodem vervuild te zijn.
Beheersmaatregelen:
Met de Technische Universiteit Delft is afgesproken om het terrein te saneren wanneer hier ontwikkelingen op plaats vinden. Op dit moment is nog niet bekend wat er ontwikkeld gaat worden en wanneer dit gaat plaatsvinden. De wijze van sanering is afhankelijk van het soort ontwikkeling.
2. Grondwateronttrekking (gwo)
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
gwo schade | Duurzame stad | 3 | 3 | 9 | 3.000 | I |
gwo uitstel | Duurzame stad | 2 | 2 | 4 | 1.000 | I (over 6 jr) |
Wat is het risico?
Door de afbouw van de onttrekking kunnen de grondwaterstanden veranderen en dat kan schade veroorzaken aan gebouwen van circa € 3 miljoen. In 2021 heeft uit voorzorg geen afbouw van de onttrekking plaatsgevonden, omdat de grondwaterstand sneller steeg dan verwacht (wel binnen de normen). Uit monitoring is gebleken dat dit zich weer stabiliseerde. In 2022 is daarom verder gegaan met de afbouw. Naar mate de afbouw vordert neemt het risico toe dat nogmaals een jaar moet worden overgeslagen. De kosten voor nog een jaar uitstel bedragen cumulatief voor de resterende periode circa € 1 miljoen.
Wat zijn de oorzaken?
De gemeente kan aansprakelijk worden gesteld voor gevolgschade als gevolg van veranderende grondwaterstanden. En eventueel uitstel leidt tot meerkosten.
Beheersmaatregelen:
Jaarlijks zijn en worden de risico’s en beheermaatregelen geactualiseerd. Aan de hand daarvan is en wordt afgewogen of de volgende reductiestap wel of niet wordt doorgevoerd.
3. ISV-bodem
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
ISV-bodem | Goed wonen | 3 | 1 | 3 | 200 | S |
Wat is het risico?
Verontreiniging van bodem. Regelmatig zijn door bijvoorbeeld nieuwe regelgeving of nieuwe onderzoeken verontreinigingen geconstateerd in gemeentelijk grondbezit. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de in 2019 geconstateerde loodverontreiniging op twee speelplekken. De in de begroting beschikbare budgetten voor saneringen kunnen onvoldoende zijn.
Wat is de oorzaak?
De gemeente is wettelijk verplicht bij verontreiniging van de bodem deze te saneren of te beheersen, maar de omvang, de aanpak en de kosten zijn nog onzeker.
Wat is het gevolg?
De gemeente zal kosten moeten maken voor sanering of beheersing van nog onbekende omvang.
Beheersmaatregelen:
De onzekerheid over de aanpak en de kosten managen we door een stapsgewijze projectmatige werkwijze.
4. Bouwgrondexploitaties (niet zijnde Nieuw Delft)
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Bouwgrondexploitaties | Goed wonen | 2 | 3 | 6 | 1.180 | I |
Wat is het risico?
Risico's worden alleen voorzien in het project Maria Duijstlaan. De grootste betreffen extra kosten voor het woonrijp maken, extra plankosten en tegenvallende grondopbrengsten. Het totale risicobedrag is € 1,18 mln.
Wat zijn de oorzaken?
Extra kwaliteitseisen ten aanzien van de openbare ruimte, gefaseerde ontwikkeling van de locatie en gewijzigde marktomstandigheden,.
Wat zijn de gevolgen?
Marktomstandigheden kunnen leiden tot dalende grondwaarden, stijgende bouwkosten en een langere doorlooptijd.
Beheersmaatregelen:
- Heroverwegen uitgiftestrategie voor grond en vastgoed.
- Programmatische keuzes: programmering die mogelijk wel leidt tot geplande realisatie/verkoop.
- Besparingen op kwaliteit en duurzaamheidsmaatregelen.
5. Nieuw Delft
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Negatief marktscenario | Goed wonen | 2 | 4 | 8 | 3.110 | I |
Wat is het risico?
Het project Nieuw Delft telt 10 risico's met een risicobedrag groter dan € 0,1 mln. Het betreft onder meer risico's op technische afstemming vanwege de nabijheid van de spoortunnel, mogelijke claims als gevolg van vertraging in het project en tragere afzet van kavels. Het totale risicobedrag is € 3,11 mln. In het TMPG 2022 worden de risico's nader toegelicht.
Wat zijn de oorzaken?
Complexiteit in de bouwlogistiek, hoge ambities en gewijzigde wet- en regelgeving.
Wat zijn de gevolgen?
Stijgende bouwkosten, langere doorlooptijd, meer begeleiding en toezicht.
Beheersmaatregelen:
De processen worden strakker en zakelijker aangestuurd waardoor het risico op een langere ontwikkelduur wordt geminimaliseerd. Financiële effecten als gevolg van vertraging worden bij de veroorzaker ervan neergelegd.
6. Schieoevers
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Schieoevers | Schone en veilige stad | 3 | 4 | 12 | 15.000 | I(tot 2030) |
Wat is het risico?
Het realiseren van onze ambities in Schieoevers (meer banen, meer woningen) vraagt om samenwerking met derden, omdat de gemeente zelf weinig grondposities heeft. De gemeente zal investeren in de aanleg van benodigde bovenwijkse voorzieningen.
Met deze investeringen is tot 2030 (fase 1) een bedrag gemoeid van bijna € 65 miljoen. Dit is inclusief een bedrag van € 6 miljoen. voor onvoorziene uitgaven. Om de investeringen te realiseren maakt de gemeente algemene projectkosten ter grootte van bijna € 15 miljoen. Deze kosten tezamen (investeringen en projectkosten) bedragen € 79 miljoen. Dekking hiervan vindt plaats via bijdragen van andere overheden (€ 22 miljoen), kostenverhaal bij ontwikkelende partijen (€ 23 miljoen) en door inzet van eigen financiële middelen (circa € 34 miljoen).
De totale geldstroom in de business case waarover risico wordt gedragen (investeringen, bijdragen overheden, kostenverhaal ontwikkelaars) bedraagt hiermee € 124 miljoen (inclusief prijsontwikkelingen tot 2030).
De bandbreedte van het financiële risico is € 4 - 32 miljoen. Voor het risicoprofiel houden we € 15 miljoen aan als gewogen risicobedrag.
Wat zijn de oorzaken?
- De ontwikkeling is complex en langlopend met een mix van functies;
- Negatieve marktontwikkelingen en/of stijgende bouwkosten kunnen ertoe leiden dat ontwikkelaars tijdelijk of permanent afzien van ontwikkeling;
- Andere overheden/co-financiers geven prioriteit aan andere projecten;
- Ramingen voor investeringen zijn nog globaal, omdat er nog geen ontwerpen liggen.
Wat zijn de gevolgen?
De realisatie van de gemeentelijke ambities uit de Agenda 2040 loopt vertraging op als de transformatie niet op gang komt. Daarnaast raakt het de gemeentebegroting.
Beheersmaatregelen:
- Per bovenwijkse investering go/no-go moment bepalen in relatie tot de geraamde co-financiering en bijdrage van ontwikkelaars.
- Vol inzetten op kostenverhaal en co-financiering (lobby).
- Curatief: scopewijziging (verlaging kwaliteitseisen).
7. Avalex
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Avalex | Schone en veilige stad | 3 | 3 | 9 | 250 | S |
Wat is de oorzaak?
Met de nieuwe overeenkomst vanaf 2022 met HVC voor afvalverwerking is het risico verminderd, want de geschatte hogere kosten van het nieuwe verwerkingscontract zijn opgenomen in het tarief. Maar de kosten voor het verwerken van restafval blijven stijgen door onder meer hogere rijksbelasting op de verbranding en CO2-toeslag. Deze extra heffingen zijn soms pas na vaststelling van het tarief bekend. De reserve Reiniging is op dit moment ontoereikend om extra belasting en/of tegenvallers op te vangen.
Wat is het gevolg?
De verhoging van het tarief nodig voor het opvangen van deze mogelijke extra kosten volgt een jaar na optreden.
Beheersmaatregelen:
Volgen van de actualiteiten en hierop anticiperen en deze, indien mogelijk, tijdig doorvoeren.
8. Sociaal domein: Wmo en Jeugdhulp
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Sociaal Domein | Gezonde en sociale stad | 3 | 2 | 6 | 2.000 | S |
Wat is het risico?
Het financieel risico bedraagt € 2,0 miljoen. Dit integrale risico op het sociaal domein wordt veroorzaakt door allerlei externe factoren, zoals de invoering en de aanzuigende werking van het abonnementstarief en de vergrijzing. Ook de aanbesteding van onder meer de jeugdhulp heeft geleid tot hogere tarieven vanwege de Algemene Maatregel van Bestuur reële kostprijs. De rijksvergoedingen blijken steeds minder toereikend om deze stijgende kosten op te vangen. Om de oplopende tekorten zoveel mogelijk op te lossen, is de focus van het Actieplan Sociaal Domein uitgebreid met, naast innovatieve maatregelen, ook maatregelen die een versoberings- en efficiency component hebben. Met dit actieplan zetten we in op een forse, structurele kostenbesparing die oploopt tot € 7 miljoen. Dit is een ambitieus plan op zowel inhoud als planning, waarbij samenwerking met externe partijen cruciaal is om de kostenbesparing te realiseren. In 2021 was het eerste jaar waarbij dit actieplan 2.0 ten uitvoer is gebracht. Vanwege de positieve resultaten hiervan is het risico verlaagd bij de jaarrekening. Verder is met het vaststellen van het accres door het Rijk tot en met 2025 de autonome groei in de begroting verwerkt en is dit risico komen te vervallen. Wel blijft het een risico of de Rijkscompensatie ten behoeve van uit te keren indexatie de komende jaren toereikend is. Daarnaast blijft het onzeker of de autonome groei vanaf 2026 zich niet doorzet.
Wat zijn de oorzaken?
Doordat de Wmo en de jeugdhulpwet zogeheten open-einderegelingen zijn, moet de gemeente zorg en hulp leveren ongeacht het aantal aanvragen. Gelijktijdig is de beïnvloedbaarheid van de hoeveelheid en zwaarte van deze aanvragen beperkt en de geboden rijksfinanciering ontoereikend. Ten slotte zijn er exogene ontwikkelingen (wetswijzigingen, nieuwe taken) die tot toenemende kosten hebben geleid. Binnen deze context probeert de gemeente middels het Actieplan Sociaal Domein kostenbesparing te realiseren.
Wat zijn de gevolgen?
De uitvoering van het actieplan houdt de hoogste prioriteit. Over de voortgang hiervan informeert het college de raad elk half jaar. Ondanks een positief eerste jaar waarbij de financiële resultaten van het actieplan nagenoeg zijn behaald, blijft er binnen de hierboven geschetste context een grote mate van onzekerheid in hoeverre de maatregelen ten volle de verwachte kostenbesparing gaan realiseren.
Beheersmaatregelen:
De invulling van de taakstelling van het actieplan heeft de hoogste prioriteit. We monitoren daarbij intensief in hoeverre de plannen resultaten behalen en sturen bij waar nodig. Daarnaast blijft de gemeente vanzelfsprekend inzetten op de lobby richting het Rijk voor aanvullende middelen, blijven we de exogene ontwikkelingen volgen om tijdig te kunnen anticiperen en wordt de (regionale) informatievoorziening daar waar mogelijk versterkt.
Hierboven schetsen we de beheersing van het financiële risico binnen het sociaal domein. We bieden vanuit de Jeugdwet en Wmo hulp aan kwetsbare burgers. Op het moment dat die hulp niet of onvoldoende beschikbaar is, kunnen ook maatschappelijke risico’s ontstaan. Denk bijvoorbeeld aan mensen met psychische problemen die bij gebrek aan voldoende ondersteuning uit onmacht dingen doen die een gevaar opleveren voor henzelf of hun omgeving.
9. Prinsenhof project
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Project Prinsenhof | Samenleven, onderwijs en cultuur | 3 | 4 | 12 | 5.000 | I |
Wat is het risico?
Het mogelijke financiële nadelige effect kan niet opgevangen worden binnen de huidige beschikbare budgetten voor onvoorzien en komt ten laste van de algemene middelen.
Wat zijn de oorzaken?
Aanhoudend hoge inflatie
Marktomstandigheden
De complexiteit van het werk
Wat zijn de gevolgen?
De oorzaken kunnen leiden tot stijgende bouwkosten, langere doorlooptijd vanwege krapte op de markt. Het gevolg, zonder bijsturing, is een hoger benodigd bouwbudget.
Beheersmaatregelen
- Aanbestedingsstrategie herzien.
- Modulair af- of opbouwen.
10. Verruiming btw sportvrijstelling
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Verruiming btw | Samenleven, onderwijs, cultuur | 3 | 3 | 9 | 400 | S |
Wat is het risico?
Gemeenten zijn in beginsel gecompenseerd via de Specifieke Uitkering Stimulering Sport (SPUK). De uitkering bedraagt 17,5% van de gerealiseerde bestedingen (inclusief btw). Het risico is:
- De aanvraag voor de specifieke uitkering stimulering sport wordt niet geheel gehonoreerd.
- Het totaalbedrag van de aanvragen is hoger dan het uitkeringsplafond. Wanneer het totaal van de aangevraagde uitkeringen het beschikbare budget overschrijdt, worden de aanvragen naar rato verleend.
- Het betreft een bevoorschotting op basis van de begroting. Aangezien de eindafrekening wordt gebaseerd op werkelijke kosten, bestaat er een kans op een terugbetalingsverplichting.
- Op basis van een inschatting van de praktijk schatten we het risico in op een bedrag van € 400.000.
Wat zijn de oorzaken?
Sinds 1 januari 2019 is de btw-sportvrijstelling verruimd. Door deze wetswijziging is het recht vervallen op aftrek van btw voor gemeenten en niet-winstbeogende exploitanten van sportaccommodaties. De gemeente heeft geen recht meer op aftrek van btw via de btw-aangifte. Voor compensatie heeft het Rijk een SPUK-regeling geopend. Deze biedt slechts voor een deel compensatie.
Wat zijn de gevolgen?
De uitbreiding van de btw-sportvrijstelling heeft tot gevolg dat de btw op de bouw en het onderhoud van de accommodaties en de btw op de kosten van het geven van gelegenheid tot sportbeoefening voor gemeenten geheel of gedeeltelijk een kostenpost wordt.
Beheersmaatregelen:
- Tijdige en volledige aanvraag indienen voor de SPUK en zorgen voor een goede verantwoording met de bruto gerealiseerde bedragen, en eventuele tussentijdse rapportages.
- Monitoren in 2022 om in onze eigen ambities een afweging te maken voor 2023 (tarieven, uitgaven, investeringen).
11. Prijsstijgingen investeringen onderwijshuisvesting
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Prijsstijgingen inv. OHV | Samenleven, onderwijs en cultuur | 4 | 3 | 12 | 8.300 | I (2024-2029 ev) |
Wat is het risico?
Onderwijshuisvesting (OHV) gaat over investeren in adequate onderwijs(gerelateerde)gebouwen voor de lange termijn. In dat kader hebben we het Integraal huisvestingsplan (IHP) 2020-2036 opgesteld. Het proces om tot nieuwbouw te komen duurt gemiddeld 8 jaar (Sectorale routekaart, PO-Raad, VO-raad, VNG, 2020). De toekomst is echter onzeker. Die onzekerheid speelt op meerdere vlakken, zoals in de eisen en verwachtingen die de maatschappij stelt aan een goed schoolgebouw. Met de eisen zijn ook de bouwkosten gestegen. De beschikbare middelen zijn echter niet meegegroeid. Hiermee zijn er risico’s die gevolgen kunnen hebben voor de kwaliteit en de betaalbaarheid van onderwijsgebouwen.
Duidelijk is dat de onderwijshuisvesting onder druk staat. Toegevoegd aan de prognose zijn de tijdelijke uitbreidingen en tijdelijke huisvestingen en nieuwe initiatieven voor oprichting van scholen en zo is de portefeuille aan projecten IHP (jaarschijf 2024-2029) gegroeid naar een totaal investeringsvolume van circa €100 miljoen. De bandbreedte van het financiële risico tussen de € 6,6 miljoen en € 10 miljoen. Voor het risicoprofiel houden we deze bandbreedte aan en het midden daarvan als risicobedrag.
Wat zijn de oorzaken?
- Vanaf 1 januari 2021 moet een gebouw Bijna Energie Neutraal (BENG) zijn. Deze kwaliteit is geen keus en een besparingsmogelijkheid, maar een wettelijke verplichting. Hiervoor heeft de VNG de normbedragen met 9,6% verhoogd. Daar moeten de inflatiecorrectie en de aanbestedingsindex bij worden opgeteld.
- Ook op het gebied van veiligheid en multifunctionaliteit wordt aan onderwijs (gerelateerde) gebouwen steeds hogere eisen gesteld. Daarbij komt dat op het gebied van bundelen van (kind)voorzieningen soms sprake is van moeilijk te combineren eisen.
- De budgetten in het IHP 2024-2029 zijn gebaseerd op kengetallen prijspeil 2021. De bijbehorende investeringskredieten zijn bij de kadernota 2022 bijgesteld. Maar ten opzichte van 2021 is de inflatie (consumentenprijzenindex) in juni 2022 8,7%. De indexcijfers juli 2022 van Bouwkostenkompas laat een aanbestedingsindex zien die sinds januari 2021 met 10,1% is gestegen. Onzekerheid hierin blijft een risico de komende jaren.
Wat zijn de gevolgen?
De prijsontwikkeling in de bouwkosten de komende jaren is op dit moment niet nauwkeurig te voorspellen. Wel dat dit een potentieel risico is voor de begroting de komende jaren. Deze prijsontwikkeling zorgt ervoor dat de huidige en komende onderwijshuisvestingsprojecten mogelijk niet binnen het eerder vastgestelde IHP-budget gerealiseerd kunnen worden, tenzij er nadrukkelijk keuzes gemaakt worden in de kwaliteit en bezuinigingsvoorstellen mogelijk zijn. Omdat we bij het toekennen van de budgetten al uitgaan van het principe sober en doelmatig, kan dat onverantwoord zijn, mede gelet op de beoogde levensduur van de gebouwen.
Beheersmaatregelen die al worden gehanteerd:
- Per project nadere keuzes maken in de kwaliteit en bezuinigingsvoorstellen doen.
- Het principe van sober en doelmatig strak hanteren en aanvullende wensen scholen volledig zelf laten financieren.
- Per project een go/no-go moment inbouwen in relatie tot de geraamde budgetten. Ofwel: bouwen of niet bouwen.
12. Sociaal domein: eigen risico bijstandsuitkeringen BUIG
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Eigen risico BUIG | Werk en inkomen | 3 | 3 | 9 | 3.700 | S |
Wat is het risico?
Op basis van het voorlopig nader toegekende budget 2022 bedraagt het risico € 3,7 miljoen. Het BUIG budget kent vanaf 2022 een aparte component voor het verstrekken van loonkostensubsidies (LKS). Het macrobudgetdeel daarvoor wordt verdeeld op basis van gerealiseerde aantallen in het voorafgaand jaar in heel Nederland. Zolang je als gemeente in de pas loopt met de landelijke trend is er geen probleem. Delft wijkt echter in negatieve zin af, waardoor we per saldo een lager BUIG-budget ontvangen. De kans dat het risico zich voordoet is daarmee gestegen van laag naar middel.
Wat zijn de oorzaken?
Voor het verstrekken van bijstandsuitkeringen ontvangt de gemeente geld van het Rijk conform een objectief verdeelmodel. Als de gemeente niet voldoende heeft aan de rijksmiddelen, moet zij zelf 7,5% van het rijksbudget uit algemene middelen bijpassen. Het mogelijke risicobedrag voor Delft in 2022 is 7,5% * € 49,1 miljoen (het nader voorlopig budget) = € 3,7 miljoen. Het definitieve budget 2022, dat eind september 2022 bekend wordt gemaakt, het aantal loonkostensubsidies in relatie tot het landelijk volume en de volumeontwikkeling van het aantal bijstandsgerechtigden bepalen de uitkomst van dit risico.
Wat zijn de gevolgen?
Delft heeft de afgelopen jaren steeds geld overgehouden op dit budget. Echter, als gevolg van de introductie van de loonkostensubsidie-component kan dit voordeel verdampen.
Beheersmaatregelen:
- Monitoring.
- Extra inzet om het aantal LKS te verhogen.
13. Bijzondere bijstand
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Bijzondere bijstand | Werk en inkomen | 4 | 3 | 12 | 600 | S/(I) |
Wat is het risico?
Het risico is dat de uitgaven aan bijzondere bijstand hoger zijn dan begroot, want het is een open-einde regeling. Wie aan de voorwaarden voldoet, heeft recht op bijzondere bijstand. Dit risico is aanwezig voor ongeveer 2/3 van het totale budget bijzondere bijstand. Voor de omvang van het risico gaan we uit van 10% en dan bedraagt het risico €0,6 miljoen.
Wat zijn de oorzaken?
Als gevolg van de oorlog in Oekraïne zijn de energieprijzen enorm gestegen. Bovendien is de inflatie ongekend hoog. Deze beide factoren zorgen ervoor dat steeds meer huishoudens met lage- en middeninkomens moeite hebben om uitgaven en inkomsten in balans te hebben. Hoewel het Rijk voor gestegen energielasten in 2022 een tegemoetkoming geeft zal die lang niet altijd toereikend zijn. Er bestaat daardoor de kans op een groter beroep op de bijzondere bijstand.
Wat zijn de gevolgen?
De kans dat de uitgaven voor bijzondere bijstand meer zullen bedragen dan in de begroting is opgenomen.
Beheersmaatregelen
- Lobby via de VNG en G40 voor passende maatregelen door het Rijk
- Monitoring van de uitgaven
14. Vennootschapsbelasting (Vpb) reclame-inkomsten
Naam risico | Programma | Kans | Impact | Score | Bedrag | Tijdsperiode |
Vpb-reclamebelasting | Financieel gezonde gemeente | 3 | 2 | 6 | 100 | S |
Wat is het risico?
Het financiële risico wordt ingeschat op circa € 100.000 per jaar.
Wat zijn de oorzaken?
De Belastingdienst is van mening dat het privaatrechtelijke gedeelte van de gemeentelijke reclame-inkomsten via contracten een Vpb-plichtige activiteit betreft, omdat de gemeenten hier in fiscale zin een onderneming mee zou drijven.
Wat zijn de gevolgen?
De gevolgen kunnen zijn dat de gemeente circa € 100.000 per jaar Vpb-heffing moet betalen Daarnaast zal de gemeente een openingsbalans moeten opstellen en jaarlijks aangifte moeten doen.
Beheersmaatregel:
De gemeente is van start gegaan met een bezwaar- en beroepsprocedure. Uiteindelijk zal de rechter een uitspraak moeten doen of de reclame-inkomsten onder de reikwijdte vallen van de Wet Vpb. De gemeente laat zich hierin bijstaan door een deskundige partij.
Overige operationele risico's: PM
Corona-crisis
Voor deze begroting wordt het risico van de coronacrisis als PM-post opgenomen. Dit heeft een drietal redenen. Ten eerste zijn de financiële gevolgen van de coronacrisis voor de gemeente relatief beperkt geweest doordat op sommige plekken de impact negatief was maar soms ook meeviel, vooral in de vorm van uitstel van uitgaven en minder tegenvallende inkomsten. Ten tweede, voor wat betreft de risico's die het gevolg zijn van de economische impact zal de coronacrisis moeilijker als oorzaak zijn te onderscheiden van andere crises als de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis en grondstofproblemen. Hierbij kan gedacht worden aan meer kwijtschelding van gemeentebelastingen, of faillissement van een bedrijf met welke soms omvangrijke contracten zijn gesloten. Ten derde wordt onderkend dat er mogelijk nog wel langere termijn effecten kunnen optreden. Hierbij wordt gedacht aan: intensiever gebruik van buitenruimte en bijbehorende extra onderhoud en schoonmaak, inkomstenderving bij culturele instellingen omdat publiek niet terug komt in de zelfde mate, inzet handhaving en toezicht bij nieuwe strengere regels als gevolg van nieuwe mutaties van het covid19-virus en voortduring van lagere inkomsten toerismebelasting. Deze derde categorie kan niet met enige zekerheid in een precieze omvang ingeschat worden. Tegelijkertijd wordt de bestemmingsreserve Maatregelen coronacrisis voldoende geacht om als stevig stootkussen te kunnen fungeren. Voor meer informatie over de stand van zaken van de bestemmingsreserve wordt verwezen naar de paragraaf Financieel Gezonde Gemeente. Voor het risico op een nieuwe pandemie wordt verwezen naar de strategische risico nummer zes in de volgende subsectie 'Risicomanagement: Delftse aanpak'.
Prijsstijgingen onderhoud en investeringen openbare ruimte, scholen, sportvoorzieningen etc.
Het reguliere (groot) onderhoud door de gemeente in onder meer de openbare ruimte, onderwijsgebouwen en sportvoorzieningen wordt uitbesteed aan marktpartijen. Daarmee maken we optimaal gebruik van de markt(werking). Het nadeel is dat de prijzen ook volledig afhankelijk zijn van de markt. Dit betekent dat de economische situatie van invloed is op de kosten, waarvan momenteel niet te voorspellen is wat het effect (positief dan wel negatief) zal zijn. In 2021 heeft dit risico zich voorgedaan (al dan niet als gevolg van een door covid-19 veroorzaakt grondstoffentekort). Voor de komende jaren blijft de verwachting dat dit risico zich kan voordoen. De investeringsportefeuille van de gemeente is ook gevoelig voor kostenstijgingen in de bouwmarkt (onder meer scholen, sportvoorzieningen en infrastructuur). Dit risico is betrokken bij een bredere raming uit hoofde van de sterk verhoogde inflatie. Hiertoe is in de raadsbrief van eind maart 2022 rekening gehouden met een aanvullend benodigde structurele reservering in het financieel meerjarenbeeld van € 1,8 miljoen jaarlijks voor de jaren 2022 en verder. Voor nadere toelichting op het specifieke risico van de kostenstijgingen voor de onderwijsportefeuille verwijzen we naar risico 11 (programma Solide maatschappelijke basis) in het risicoprofiel.
Verontreiniging sportparken
Uit onderzoek kan blijken dat op sportparken sprake is van bodemverontreiniging, bijv. door het gebruik van rubbergranulaat of door activiteiten die in het verleden hebben plaatsgevonden in de grond. Denk aan sportpark Tanthof-Zuid en sportpark Wippolder. Benodigde maatregelen en financiële consequenties worden in kaart gebracht.
Uitbreiding areaal
Delft is volop in ontwikkeling en heeft in de ontwikkelagenda uitgesproken verder te willen groeien (bouw van circa 15.000 woningen). Dit brengt extra baten (aanvullende opbrengsten onroerendzaakbelasting, hogere gemeentefondsuitkering) en lasten (extra voorzieningen en onderhoudskosten) met zich mee. De verwachte ontwikkelingen brengen we via verbeterde prognoses in kaart, zodat we in de meerjarenbegroting op de diverse ontwikkelingen kunnen anticiperen. Daarom blijft dit onderwerp in de komende jaren in de risicoparagraaf alleen gehandhaafd als PM-post.
Risicomanagement informatiebeveiliging
Beveiliging van de informatie is van belang voor de informatievoorziening van de overheid. Om te voorkomen dat informatie en informatiesystemen te licht of te zwaar worden beveiligd, vormt risicomanagement een belangrijk onderdeel in dit proces. Voor de risicobepaling wordt een inschatting gemaakt van mogelijke schade als informatiesystemen (tijdelijk) niet beschikbaar zijn, de informatie niet integer is en/of deze informatie in verkeerde handen valt. Ook wordt een inschatting gemaakt van de dreigingen waartegen de overheid beschermd moet worden. Dit leidt tot beveiligingseisen om de risico’s te beperken, die met passende maatregelen worden afgedekt. Bij het onderkennen en beperken van risico’s zoals schade door uitval of compromittering van systemen komt de Business Continuity steeds meer centraal te staan. Kortheidshalve verwijzen we hier verder naar de paragraaf Bedrijfsvoering en de jaarlijkse Verantwoordingsrapportage waarin het college hierover verantwoording aflegt aan de raad. De onzekerheid op de mogelijke financiёle impact van inbreuken op de integriteit, vertrouwelijkheid en beschikbaarheid van gegevens is in het algemeen, dus niet voor een specifiek geval, bijzonder groot. Daarom wordt dit risico als PM-post opgenomen in het weerstandsvermogen.